bloemkool-maïs-rijst

er zijn zo van die dagen... da ge d'er geen zin in hebt. dat er zoveel lekkere gerechten door uw hoofd spoken dat ge ni kunt kiezen. of er net 1 cruciaal ingrediënt ontbreekt. of uwe kleuter die aankondigt frietjes te willen / geen groenten te zullen eten / geen honger te hebben / e criseke pakt. zin hebben in rijst en weten dat die kieskeurige dochter dat àbsoluut nièt wilt eten, net zoals de 40 andere groenten en granen die ze tegenwoordig écht niet meer lust (zogezegd uiteraard maar haar koppigheid kent geen grenzen en eerlijk gezegd, eens eten zonder gedoe, dat lonkt). frigo-inspectie levert enkele ingrediënten op die eigenlijk toch vrij dringend op moeten. neuzen in kookboeken en de tijd die voort tikt. nog een half uur te gaan....

Plots staan er kleurig gevulde borden op tafel. Goedkeurende smakgeluidjes en een dubbele dikke duim: "het is heerlijk mama!" Heel haar bordje leeg, zelfs de rijst ging vlotjes binnen, geen gedoe. Daar word ik nu gelukkig van zie :)


1 kop gemengde rijst (Ik gebruik een rijstkoker, dat is zo ongelooflijk handig: 1 kop rijst, 2 koppen water en je hoeft er niet meer naar om te kijken, het springt vanzelf af wanneer de rijst gaar is. Zo heb je je handen vrij om ondertussen de rest klaar te maken.)
halve gestoomde bloemkool, in roosjes
pakje tofu natuur
2 maïskolven (waarschijnlijk de laatste van het seizoen... )
1 umeboshi-pruim (Umeboshi is een gepekelde Japanse pruim (eigenlijk een abrikoos) met een straffe maar heerlijk zuur-zoute smaak. Je kan ook zeezout gebruiken.)
sesam- of olijfolie
1 tl kurkuma
1 tl gemberpoeder
1tl tamari (tarwe-, suiker- en rommelvrije sojasaus, te vinden in de natuurwinkel)
handvol peterselie
125 ml geitenyoghurt
snuf zout
2-3 draaien zwarte peper
1 tl currypoeder

Kook de rijst.
Haal het blad en de baard van de maïskolven, was ze en smeer ze in met de umeboshi. Leg ze een kwartier in een voorverwarmde oven op +- 180-200°.
Snij het blokje tofu in kleine frietjes en bak ze op in een hete pan met wat sesamolie. Strooi er de kurkuma, het gemberpoeder en de tamari over heen. Draai ze regelmatig om zodat ze goudgeel en lekker krokant worden. Voeg er de gestoomde bloemkool aan toe zodat die ook goed warm wordt en wat kleur krijgt. Doe de peterselie er pas op wanneer je het vuur uit zet.
Maak er een yoghurtsausje bij: yoghurt + zout + currypoeder + peper.
Smullen maar!



Geen opmerkingen:

Een reactie posten